Dankzij onze supporters staan we aan de vooravond van een heuse gamechanger: een Europese Bossenwet die de invoer van ‘ontbossingsproducten’ verbiedt. Maar het wetsvoorstel kent nog veel tekortkomingen en dus komen we weer in actie.

En opnieuw kleurt de hemel bloedrood boven de dichte wouden van de Indonesische eilanden Sumatra en Borneo. Orang-oetans, olifanten, tijgers en tapirs slaan op de vlucht, bosbewoners zien hun dorpen in vlammen opgaan. De oorzaak: palmoliebedrijven branden het regenwoud plat. Voor hen is dit de eenvoudigste manier om grond vrij te maken voor hun plantages.

Maar voor de bewoners, de rijke biodiversiteit in de bossen en voor het wereldwijde klimaat, is het een ramp. Onderzoekers concludeerden recent dat de bosbranden in Indonesië alleen al in 2019 een gebied groter dan België hadden
aangetast. Dat was twee keer zoveel als de Indonesische overheid had gezegd. Een van de onderzoekers werd dan ook direct na publicatie van de eerste cijfers het land uitgezet. Ook Greenpeace Indonesië ligt in toenemende mate onder vuur vanwege haar kritiek op het overheidsbeleid en de expansie van de palmolie-industrie.

Net zoals de sojabedrijven in Brazilië en de houtkappers in het Congobekken, ontkennen de palmoliebedrijven elke verantwoordelijkheid voor de verwoestingen die ze aanrichten. Business as usual staat voorop; de klimaat- en biodiversiteitscrises zijn voor de volgende generaties en voor de mensen en dieren die in de bossen leven. Daarom kan de nieuwe Europese Bossenwet zo’n cruciale stap zijn in de strijd voor bosbescherming. In het voorstel verbiedt de Europese Unie de invoer van producten die bijdragen aan ontbossing of bosdegradatie. En belangrijk: bedrijven moeten zelf nagaan of dat voor hun producten geldt.

Waar komt het vlees, de palmolie of soja vandaan die ze in hun kant-en-klaarmaaltijd, zeep of kippenvoer verwerken? Bedrijven worden verplicht om de precieze locaties door te geven – en zo ligt de bewijslast eindelijk waar die
hoort, en niet langer bij inheemse volken of activisten. Belangrijk is ook dat Europa van plan is om streng te controleren, zeker als het gaat om producten uit landen als Brazilië en Indonesië. Als de wet wordt aangescherpt én goed wordt nageleefd, kan dit een groot verschil maken: volgens berekeningen van de Europese Commissie zelf is de Europese markt verantwoordelijk voor 10% van
alle ontbossing.

Als westerse overheden geen strikte regels stellen, zullen bedrijven niet stoppen met hun gigantische bijdrage aan de wereldwijde ontbossing. In 2010 beloofden multinationals als Nestlé, Unilever, Ahold Delhaize en FrieslandCampina immers al dat ze per 2020 niet langer zouden bijdragen aan ontbossing. En wat is daarvan terechtgekomen? Niets. De supermarkten liggen vol met producten waarvoor bossen en andere natuur zijn aangetast. En dus nam in 2020 de verwoesting van ongerept regenwoud opnieuw toe met 12% ten opzichte van 2019.

Wereldwijd sneuvelde in dat jaar 12,2 miljoen hectare aan bomen en daarvan stond een gebied zo groot als Nederland in onaangetast tropisch regenwoud. De CO2 die daardoor vrijkwam, is evenveel als de uitstoot van 570 miljoen auto’s, berekende de Universiteit van Maryland. Dat Albert Heijn afgelopen december liet weten geen vlees meer uit Brazilië te importeren, is dan ook rijkelijk
laat én een beetje mager. De gevolgen van deze grootschalige bosvernietiging lie-
gen er niet om. Van de drie grote tropische regenwouden die we absoluut moeten beschermen om de klimaatcrisis te bezweren, is er nog maar één over die netto CO2 blijft opslaan: het Congobekken. De Zuidoost-Aziatische bossen stoten al meer CO2 uit dan ze opslaan en het Amazonewoud balanceert op het randje; de Amazone slaat nog net iets meer op dan ze uitstoot door alle bosbranden en ontbossing.

Voor u en ons is het onmogelijk om ‘ontbossingsvrij’ boodschappen te doen. Palmolie en soja zitten overal in, en ook ‘foute’ papierpulp en rubber kunt u moeilijk vermijden. Uw schoenen of leren tas kunnen zonder dat u het weet van Braziliaanse koeienhuiden uit de Amazone gemaakt zijn. Zelfs als de precieze herkomst van elk ingrediënt op het etiket zou staan, zullen weinig mensen in de supermarkt alle producten uitgebreid gaan bestuderen. Dat zou ook helemaal niet nodig moeten zijn, vindt Greenpeace. Hoezo moet ú daarop letten? ‘Bedrijven zouden ontbossing gewoon niet in hun producten moeten stoppen’, zegt Sigrid Deters, campagneleider biodiversiteit bij Greenpeace Nederland. ‘Ontbossingsvrij zou de norm moeten zijn.’

Tijd voor actie dus, om ervoor te zorgen dat zij de wet aanscherpen, zodat die echt kan helpen om ontbossing te stoppen. In Nederland roepen we minister voor Natuur en Stikstof Christianne van der Wal hiertoe op. Doet u weer mee?