Gespekt met miljoenen euro’s aan Europese subsidies zoeken Europese vissersschepen hun heil voor de kust van West-Afrika. Met hun massale vangsten maken ze Afrikaanse vissers brodeloos, zo schreef ik al eerder. Die vissers kunnen helaas niet naar het uitzendbureau om een nieuwe baan te zoeken en van uitkeringen is al helemaal geen sprake. Sommige vissers zien daarom geen andere uitweg dan de vlucht naar het welvarende Westen. In krakkemikkige bootjes wagen ze zich aan de overtocht naar Spanje, meestal via de Canarische Eilanden, die dicht bij Mauritanië liggen.

Overal langs de kust van West-Afrika vind je verhalen over vissermannen die hebben geprobeerd te ontsnappen aan de armoede en uitzichtloosheid. Soms lukt dat, soms moeten ze hun verlangen naar een beter leven met de dood bekopen.

Neem de Senegalese Aliou Faye, die aan een van mijn collega’s een verhaal vertelde waarvan de rillingen je over de rug lopen. Aliou zou in de voetsporen treden van zijn vader en grootvader, die allebei visser waren, iets dat we in de Nederlandse visserij overigens ook vaak zien. Al snel merkte Aliou echter dat er door de jaren heen veel was veranderd: de kustwateren voor zijn geboorteland waren zo goed als leeggevist. Dus toog hij naar de Mauritaanse vissersplaats Nouadhibou, om vanuit daar de sprong naar het Westen te maken.

De boot waarmee hij en anderen koers zetten naar de Canarische Eilanden raakte midden op zee defect. Aliou vreesde voor zijn leven. Samen met zo’n 150 andere opvarenden wist hij weer veilig aan wal te komen. Drie mensen hadden minder geluk; zij verdronken. Na twee mislukte vluchtpogingen restte Aliou geen andere keuze dan toch met de visserij een bestaan proberen op te bouwen. Helaas vangt hij nauwelijks genoeg vis om zijn familie mee te voeden.

Ik vraag me weleens af of de visserijministers die op dit moment met heel wat handjeklap beslissen over de toekomst van de Europese visserij, beseffen dat ze ook het lot in handen hebben van Afrikanen als Aliou. Het gaat niet om nummertjes, om een kilootje vis meer of minder, het gaat om de voedsel- en bestaanszekerheid van mensen die geen Brusselse lobbyisten kunnen betalen. Het gaat om mensen die hun kinderen niet meer kunnen voeden en uit wanhoop aankloppen aan de poorten van Europa. Daar worden ze vervolgens uitgemaakt voor gelukszoekers en linea recta terug naar land van herkomst gestuurd.

Ik weiger te geloven dat we niets beters kunnen verzinnen dan het in stand houden van dit onrechtvaardige systeem. Europa investeert vele miljoenen om veel te grote schepen in de vaart te houden, ten behoeve van een handjevol Europese vissers. Zij dumpen vervolgens hun vis voor een spotprijs op de Afrikaanse markt. Met deze onverantwoorde praktijken ontnemen ze duizenden vissers de mogelijkheid om zelf een toekomst op te bouwen en in hun eigen levensbehoefte te voorzien. Vrij vertaald naar een oud Aziatisch gezegde: geef een man een vis en hij heeft één dag te eten, geef een man de kans om op duurzame wijze te vissen en hij heeft voedsel voor de rest van zijn leven.


Pavel vaart in maart en april, op het Greenpeace-schip de Arctic Sunrise, voor de kust van West-Afrika. Daar vangen grote industrieschepen dagelijks honderdduizenden kilo’s vis weg. Afrikaanse vissers hebben het nakijken. Pavel blogt hier over het leven aan boord en over de noodzaak van een nieuw, eerlijker visserijbeleid. Volg hem en stel hem al je vragen op Twitter: @GP_Pavel