Amsterdam – Braziliaanse sojahandelaren hebben de onderlinge afspraken verlengd en aangescherpt om geen soja te verhandelen, waarvoor Amazonebossen zijn gekapt. Dit moratorium stamt uit 2006. Grote Europese soja-afnemers en Greenpeace vinden het zorgelijk dat grootgrondbezitters in Brazilië tegelijkertijd de boswet proberen af te zwakken.

De belangrijkste uitbreiding van het bestaande moratorium is betere registratie van de akkers waarop soja wordt verbouwd. Op deze manier kan er beter gecontroleerd worden wanneer er toch bos wordt gekapt om soja op te telen. Zo kunnen bedrijven soja blijven kopen zonder daarmee verdere ontbossing te veroorzaken.

Maar terwijl de markt goede afspraken maakt is een krachtige lobby van grootgrondbezitters hard bezig de Braziliaanse boswet af te zwakken. Als die zwakkere boswet er komt, dan gaat Brazilië verdere ontbossing toestaan en worden opgelegde straffen en boetes voor overtredingen zoals illegale houtkap kwijtgescholden. De nieuwe voorstellen die op dit moment in de Braziliaanse senaat circuleren, leiden nu al tot meer ontbossing. Satellietbeelden van INPE, het Nationaal Instituut voor Ruimte Onderzoek in Brazilië laten zien dat de vernietiging van de Amazone dit jaar met 15 procent is toegenomen. In de provincie Mato Grasso zijn meer bossen gekapt voor de teelt van landbouwproducten als soja, constateerde Greenpeace.

De Europese coalitie van sojaverwerkende bedrijven, waaronder McDonald’s Europe en Ahold, steunt het aangescherpte soja moratorium. In een publiek statement tonen deze grote afnemers zich vandaag begaan met de toekomst van de Amazone.

Greenpeace wil naast het moratorium juist een meer ambitieuze boswet, zodat Brazilië het prachtige Amazonewoud kan behouden.“Europese afnemers vragen om producten waarvoor geen bos is gekapt. Onze overheid moet de kettingzagen stoppen.” zegt Paolo Adario van Greenpeace Brazilië.