Battle of the grids – rapport 2011
De logge energiecentrales uit het verleden passen niet bij de onvermijdelijke verduurzaming van de Europese energievoorziening in de 21e eeuw. Wat is het namelijk geval? We produceren in Europa op sommige momenten zoveel stroom dat het elektriciteitsnet het niet aan kan. Stroom van zowel kolen- en kerncentrales, maar ook van windturbines. Europa heeft richtlijnen opgesteld waarin schoon ‘voorrang’ krijgt. Maar in plaats daarvan worden de windparken afgeschakeld, omdat kolen- en kerncentrales dat niet kunnen. Dat moet natuurlijk andersom!
Uit het rapport in opdracht van Greenpeace, blijkt dus dat kern- en kolencentrales niet flexibel genoeg zijn om te reageren op het variabele aanbod van wind- en zonnestroom. Naarmate het gebruik van groene energie stijgt, wordt dit probleem alleen maar groter. Flexibele gascentrales kunnen daar wel op reageren en zijn ook schoner. Daarmee is gas een goede ‘back up’.
Kolen- en kerncentrales kunnen dicht
Wanneer we nú kiezen voor dit slimmere elektriciteitsnet, maken we in 2050 alleen nog maar gebruik van groene stroom; 24 uur per dag, 7 dagen per week, het hele jaar door. Het rapport laat zien dat negen van de tien kolen- en kerncentrales dan in 2030 hun deuren kunnen sluiten. Het resultaat: een stabiele en flexibele stroomvoorziening die in 2050 voor 100 procent op schone energie draait .
Zon en wind zijn gratis
Een moderner stroomnet maakt 100 procent schone energie niet alleen technisch haalbaar, maar ook economisch. Tegenover meer investeringen in een slimmer Europees net, staan lagere productiekosten, omdat wind en zon gratis zijn en blijven.
1 procent meer
En wat kost dat? Een stijging van onze energierekening van slechts 1 procent. Daarvoor krijgen we wel een schone, klimaatvriendelijke, betrouwbare en veilige stroomvoorziening terug, die ons ook nog eens onafhankelijk maakt van import uit het buitenland.