De entering van de Arctic Sunrise en het gevangenzetten van de Arctic 30 waren onrechtmatig. Rusland moet daarom compensatie betalen, zo oordeelde het Permanente Hof van Arbitrage maandag.

Recht op demonstratie

Campagneleider Faiza Oulahsen, een van de 30 opvarenden die in 2013 maandenlang vastzaten in Rusland: “Dit is heel goed nieuws. We wisten al heel lang dat de entering en de detentie onrechtmatig waren. Dit is nog eens een bevestiging. Het recht op demonstratie was hiermee geschonden.”

 

Koenders

Minister Koenders van Buitenlandse Zaken reageerde eveneens verheugd: “Vrijheid van meningsuiting en het recht op demonstratie zijn voor Nederland een groot goed en daar komen we dus ook voor op”, stelde hij in een reactie. “De uitspraak van het Hof biedt schepen in internationale wateren de garantie dat ze niet zomaar, zonder dat een land hier het recht toe heeft, kunnen worden geënterd en de opvarenden kunnen worden gearresteerd.”

Zeerechttribunaal

De Nederlandse overheid stapte in oktober 2013 naar het Internationaal Zeerechttribunaal (ITLOS) om het schip en de Arctic 30 vrij te krijgen. De dertig bemanningsleden en actievoerders zaten toen al een maand in voorarrest na een vreedzaam protest bij het boorplatform van Gazprom in de Pechorazee. Het Zeerechttribunaal oordeelde dat schip en bemanning onmiddellijk moesten worden vrijgelaten, maar Rusland weigerde elke vorm van medewerking.

Amnestie

 

De Arctic 30 kregen in december 2013 amnestie en mochten eindelijk het land verlaten. Het schip mocht pas in de zomer van 2014 het land verlaten. Ondanks de vrijlating van de opvarenden en van het schip zette de Nederlandse overheid de procedure tegen de Russische Federatie voort.