Het Amerikaanse energieconcern Energy Transfer staat bekend om zijn nietsontziende manier van zaken doen. Niet alleen pompt het miljoenen liters olie door kwetsbare ecosystemen, het schrikt ook niet terug voor juridische intimidatie om critici het zwijgen op te leggen. Dat is precies wat er gebeurt in een rechtszaak tegen Greenpeace in de Verenigde Staten, waarbij Energy Transfer honderden miljoenen dollar eist. Het doel is duidelijk: iedere vorm van verzet tegen zijn destructieve projecten de kop indrukken.

In januari 2025 moet Greenpeace USA voor de rechter verschijnen in de Amerikaanse staat North Dakota. Energy Transfer, het bedrijf achter een omstreden pijpleiding in die staat, eist bijna $300 miljoen van ons. Een verlies zou niet alleen een financiële klap van jewelste zijn, maar ook een bedreiging voor toekomstige klimaatprotesten en de strijd voor rechtvaardigheid.

Wat staat er op het spel?

Deze rechtszaak draait om de protesten bij het reservaat Standing Rock in 2016, waarbij duizenden mensen zich verzetten tegen de aanleg van de pijpleiding. Energy Transfer test juridische strategieën die -als ze succesvol zijn- andere bedrijven kunnen inspireren om activisten en critici het zwijgen op te leggen. Deze zaak raakt dus niet alleen Greenpeace, maar iedereen die zich durft uit te spreken tegen machtige bedrijven.

Op 27 oktober 2016 escaleerde het protest in Standing Rock toen de massaal uitgerukte politie zich een weg baande door een kampement op het beoogde traject van de nieuwe pijpleiding.

De opkomst van Standing Rock

De problemen begonnen in 2008 met de snelle groei van fracking in de Verenigde Staten. De olieproductie nam destijds explosief toe, en daarmee ook de behoefte aan pijpleidingen. Fracking is een techniek waarbij onder hoge druk een mengsel van water, zand en chemicaliën in de grond wordt gepompt om olie en gas vrij te maken uit diepgelegen poreuze steenlagen. Het is zeer schadelijk voor het milieu vanwege de risico’s op waterverontreiniging, het gebruik van miljoenen liters water per operatie, aardbevingen, methaanuitstoot en het verstoren van ecosystemen.

In 2014 stelde Energy Transfer de Dakota Access Pipeline voor, een pijpleiding die olie van North Dakota naar Illinois zou transporteren. Vanaf het begin was er verzet vanuit de Standing Rock Sioux-stam, die de pijpleiding zag als een nieuwe bedreiging voor hun land en water. In de lente van 2016 begonnen stamleden met zogenoemde gebedskampen en organiseerden ze protesten, wat leidde tot een breed gedragen beweging onder inheemse gemeenschappen en activisten wereldwijd. Tienduizenden mensen reisden af naar Standing Rock om hun steun te betuigen, en er werd wereldwijd druk uitgeoefend op banken om te stoppen met de financiering van het project.

Protest in San Francisco op een wereldwijde actiedag op 15 november 2016 tegen de Dakota Access Pipeline.

In december 2016 blokkeerde de regering-Obama de aanleg van de pijpleiding, maar een maand later draaide de nieuwe regering-Trump deze beslissing terug. De pijpleiding werd in juni 2017 in gebruik genomen, ondanks de aanhoudende bezwaren van de Sioux-stam.

De juridische tegenaanval

Na de protesten sloeg Energy Transfer terug. In 2017 klaagde het bedrijf Greenpeace aan, met de beschuldiging dat wij de protesten hadden georganiseerd en de pijpleiding bewust saboteerden. Deze beschuldigingen zijn ongegrond, maar de rechtszaak is vooral bedoeld om een signaal af te geven: kritiek op machtige bedrijven zal niet worden getolereerd.

Dit type rechtszaak, ook wel SLAPP-zaak genoemd (Strategic Lawsuit Against Public Participation), heeft als doel om activisten financieel en juridisch uit te putten, zodat ze zich in de toekomst twee keer bedenken voordat ze protesteren. Hoewel een federale rechter in 2019 veel van de beschuldigingen van tafel veegde, is de zaak opnieuw ingediend in de rechtbank van North Dakota.

Wat betekent dit voor ons allemaal?

Deze rechtszaak raakt meer dan Greenpeace alleen. Het criminaliseren van publieke protesten en het beperken van vrije meningsuiting kan grote gevolgen hebben voor toekomstige activisten. Als bedrijven als Energy Transfer deze zaken winnen, kan het betekenen dat iedere burger of organisatie die het opneemt tegen een machtig bedrijf het risico loopt op financiële ondergang.

Energy Transfer’s SLAPP-zaak is een poging om het verzet tegen hun pijpleidingen te breken en een waarschuwing aan anderen: als je je uitspreekt tegen grote bedrijven, kunnen de gevolgen enorm zijn. Maar Greenpeace laat zich niet de mond snoeren. We blijven ons vastberaden en met lef inzetten voor onze planeet, en voor de rechten van iedereen om datzelfde te doen.

Onderteken de open brief

Voeg je naam toe om je solidariteit te betuigen met Greenpeace tegen de ongegronde rechtszaak van $300 miljoen van Energy Transfer!