De PEFC- en SFI-gecertificeerde bossen falen op verschillende sociale en ecologische standaarden die aan de basis staan van duurzaam bosbeheer, dat blijkt uit praktijkvoorbeelden over de hele wereld. In de Verenigde Staten, Tasmanië en Zweden wordt de vernietiging van prachtige oerbossen door PEFC gecertificeerd. In Indonesië keurt PEFC de omzetting van tropisch regenwoud naar ander landgebruik ten onrechte goed. En in Chili, Canada en Finland worden de stemmen van inheemse volken in PEFC gecertificeerde bossen niet gehoord of gerespecteerd.
Behalve dat de praktijk verre van duurzaam is, hanteren deze keurmerken een zwakke of geen standaard voor regulier hout dat wordt gemixt met producten onder het PEFC- of SFI-label. In sommige gevallen is niet eens bekend waar dit bijgevoegde hout vandaan komt en hoe de bossen zijn beheerd. Ook laat PEFC zichzelf misbruiken door het beruchte Asia Pulp & Paper (APP) in Indonesië, dat hele regenwouden en hoogwaardige veenbossen omzet in plantages. Toch beschouwt PEFC dit hout niet als controversieel en wordt het verkocht onder dit groene label.
“Het is duidelijk dat PEFC- en SFI niet kunnen garanderen dat gecertificeerde bossen voor hun producten werkelijk duurzaam worden beheerd. De afnemer krijgt dus geen garantie dat voldaan is aan sociale en ecologische standaarden, dat je bij een dergelijk keurmerk toch zou mogen verwachten”, stelt Hilde Stroot. Daarom pleit Greenpeace voor monitoring in het veld om keurmerken te toetsen. “Alleen door goede controle van de keurmerken ‘on the ground’ kunnen we gebruik blijven maken van hout zonder dat de bossen verdwijnen,” aldus Stroot.
[1] PEFC, Programme for the Endorsement of Forest Certification, is een wereldwijd non-profit, onafhankelijk keurmerk ter bevordering van duurzaam bosbeheer.
[2] Sustainable Forest Initiative
Noot voor de redactie, niet ter publicatie; voor meer informatie:
Hilde Stroot, campagneleider Bossen, 06 5206 2975,
Jaap Oppenhuizen, persvoorlichter, 06 2503 1014,