Deze maand is de hele wereld bijeen in Glasgow op de internationale klimaattop. De hele wereld? Neen, Vlaams minister van klimaat Zuhal Demir ontbreekt, door een coronabesmetting in haar team. Maar laten we eerlijk zijn, met een regering die wat snel bij elkaar geschraapte halve maatregelen probeert te verkopen als “realistische ambitie”, en vervolgens oproept om dan maar de Belgische doelstelling te verlagen, hoort Vlaanderen daar helemaal niet thuis!

De voorgestelde maatregelen schieten dan ook serieus tekort: met 40% uitstootreductie tegen 2030 is de ambitie nog steeds ondermaats, traditionele sectoren als landbouw en industrie blijven opnieuw buiten schot, haalbare deadlines werden nog snel wat uitgesteld, en het is vooral de burger die aan de bak moet – maar daar onvoldoende ondersteuning voor krijgt. Meer oude wijn in nieuwe zakken dan een frisse en ambitieuze aanpak dus.

Kom op voor het klimaat, steun onze campagnes!

Schrijnend gebrek aan ambitie

Alles leek aanwezig voor een meer radicale koerswijziging. 2021 is als geen ander het jaar van de klimaatrampen geweest, ook dicht bij huis werd de klimaatcrisis wel heel tastbaar. Het internationaal klimaatpanel IPCC kondigde enkele weken later “code rood voor de mensheid” af, en nog geen maand geleden kwamen voor het eerst sinds corona opnieuw 50.000 burgers op straat voor meer ambitie en een rechtvaardige transitie.

Maar ook wanneer burgers, wetenschappers en zelfs het klimaat aan de alarmbel trekken, blijft de Vlaamse regering de kop in het zand steken en wil ze vooral anderen de kastanjes uit het vuur laten halen. In plaats van een stevig klimaatplan waarmee Vlaanderen aansluiting kan vinden bij de Europese doelstelling van 55% uitstootreductie tegen 2030, kiezen Demir en co voor wat halve maatregelen die hoogstens een reductie van 40% opleveren – en roepen ze vervolgens op om de doelstelling voor België dan maar te verlagen. Kan het nog cynischer? 

Landbouw, gebouwen, mobiliteit: Hoe kan het beter?

Ronduit beschamend is hoe economische en electorale belangen het nog maar eens haalden van de nood om onze veestapel te verkleinen. Onze veesector kampt met een enorme overcapaciteit gericht op export, alleen via een gecontroleerde afbouw met de nodige ondersteuning voor kleinere boeren, kunnen we de problemen rond klimaat, stikstof, waterkwaliteit, gezondheid en ontbossing voor soja samen en duurzaam aanpakken. Blijven proberen om ieder probleem apart op te lossen met technische maatregelen zoals beter veevoer, leidt tot onzekerheid en ontneemt vooral kleinere boeren elk toekomstperspectief.

Even onbegrijpelijk is het zootje dat gemaakt wordt van de renovatie en verwarming van gebouwen. In plaats van meteen voor klimaatneutrale woningen te gaan, dankzij een hoog energielabel en een elektrische warmtepomp, wordt er gehinkeld via halve renovaties en hybride warmtepompen op fossiel gas. Zo wordt het verkeerde signaal gegeven, lopen de kosten voor gezinnen op, en stijgt de druk op de reeds onderbemande renovatiesector. Om een kwalitatieve, klimaatneutrale woning voor iedereen mogelijk te maken, zal ook meer en andere financiering nodig zijn, net als een bijkomende inspanning rond extra sociale woningen.

Al helemaal afwezig in de maatregelen is meer ambitie rond hernieuwbare energie. Nochtans is een diepgaande omschakeling naar elektriciteit in tal van andere domeinen, zoals verwarming en mobiliteit, afhankelijk van een stevige, democratische uitbouw van zon en wind, versterking van het stroomnet, en snelle invoering van slimme meters om die stroom optimaal te integreren.

Het hoeft dan ook bijna niet te verbazen dat de ambitie voor elektrische wagens op het laatste moment nog met twee jaar werd afgezwakt. Nog tot 2029 mogen er nieuwe fossiele wagens bij komen, een deadline die bovendien nog eens uitgesteld kan worden. De tweedehandsmarkt wordt al helemaal ongemoeid gelaten, waardoor wagens op diesel, benzine en gas nog heel wat langer op onze wegen zullen blijven rondrijden. En dan hebben we het nog niet gehad over het gebrek aan visie om de autokilometers terug te dringen, de nood aan extra investeringen in meer en betere fietspaden en openbaar vervoer, of het aanpakken van vervoersarmoede.

Tot slot blijft ook de industrie grotendeels buiten schot. Zo’n 50 miljoen euro aan subsidies wordt op een vage manier afhankelijk gemaakt van een klimaatplan en er komt een beperkte heffing op gas, maar de steun voor de energie-intensieve bedrijven gaat veel verder dan dat. Die honderden miljoenen aan kortingen op o.m. accijnzen, heffingen en de energiefactuur leveren de laatste jaren amper klimaatwinst op. Het wordt tijd dat Vlaanderen het over een andere boeg gooit en het voortouw neemt in een rechtvaardige industriële transitie.

Kom op voor het klimaat, steun onze campagnes! Ik deel op Facebook Ik deel op Twitter Ik deel op Whatsapp
Facebook Facebook Instagram Instagram Twitter Twitter YouTube YouTube Greenwire Greenwire