Alle kerncentrales sluiten tegen 2025 of er toch nog een paar openhouden? Als je afgaat op het debat de laatste maanden zou je bijna denken dat het hier om een serieuze vraag gaat. Maar de realiteit heeft het debat ingehaald: een verlenging is vreselijk duur, er is niet genoeg tijd meer en zelfs Engie trekt er de stekker uit. Nu is dus hét moment om door te zetten, alle kerncentrales te sluiten en de weg vrij te maken naar een flexibel, slim en hernieuwbaar energiesysteem.

Knalreden #1: de kerncentrales vertragen de energietransitie

Wanneer we naar het Belgische energielandschap kijken, zien we dat de jarenlange twijfel over de kernuitstap voor kostbaar tijdverlies heeft gezorgd. Van bij het begin heeft elke regering zich verstopt achter de mogelijkheid om de kernuitstap alsnog, indien nodig, een beetje uit te stellen. En intussen ontbrak het op alle niveaus aan kordaat energiebeleid. Resultaat: hoge kosten, te weinig hernieuwbare capaciteit en een draagvlak dat op en neer gaat als een jojo.

Het heeft dus lang geduurd, maar intussen hebben zowat alle belangrijke spelers de nucleaire bladzijde omgedraaid. Netbeheerder Elia houdt nog amper rekening met de kerncentrales in zijn scenario’s, uitbater Engie blijft herhalen dat het voor hen einde verhaal is, en ook industrie en bedrijven binnen Essenscia en Voka willen vooral zekerheid en kijken steeds meer richting hernieuwbare energie. Wie zich vandaag nog uit alle macht vastklampt aan kernenergie, is óf verdwaald in het best wel complexe energiedossier, óf heeft andere belangen dan een duurzame energietoekomst voor ons land.

Knalreden #2: een verlenging van twee kernreactoren lost niets op

Als je de voorstanders mag geloven, is de verlenging van twee kernreactoren een mirakeloplossing voor het klimaat en onze portemonnee. De werkelijkheid is net iets minder spectaculair: de laatste twee reactoren leveren nog hooguit 3 à 4% van de Belgische energievraag en hebben in de praktijk dus eigenlijk evenveel invloed als een pingpongballetje in een biljartspel. De echte uitdagingen van de energietransitie, de biljartballen zeg maar, liggen bij de elektrificatie en vergroening van ons transport, gebouwen en industrie. En daar zijn vooral de gewesten aan zet.

In het debat over de energietransitie boksen die twee kernreactoren dus behoorlijk boven hun gewicht. Akkoord, ze 10 jaar langer openhouden zou een beperkt positieve invloed hebben op onze CO2-uitstoot tegen 2030. Maar de uitstoot op elektriciteit moet je Europees bekijken: door een tijdelijke stijging in België zullen meer vervuilende kolen- of gascentrales in andere landen sneller moeten sluiten. Bovendien levert meer en sneller hernieuwbare energie installeren een sterkere daling van onze uitstoot op dan nog langer afhankelijk te blijven van kernenergie.

Twee kernreactoren verlengen verandert ook weinig aan de nood voor nieuwe, flexibele productiecapaciteit. Vijf van de zeven reactoren sluiten immers sowieso, en van die laatste twee voorziet netbeheerder Elia dan nog eens dat ze net zo vaak niet als wel zouden draaien. De bouw van nieuwe gascentrales – en de kosten van de subsidies hiervoor – zullen ze dus niet vermijden. Daarbovenop komt echter een jarenlang proces om de verlenging voor te bereiden en goed te keuren, inclusief een internationale publieksconsultatie en een stevig investeringsprogramma. Allemaal tijd en middelen die niet kunnen worden geïnvesteerd in de uitbouw van hernieuwbare energie, opslag, renovaties, slimme netwerken en noem maar op.

Knalreden #3: nóg drie nadelen van kernenergie

Probeerde jij als kind ook altijd 3 nieuwe wensen te krijgen met je laatste wens? Met de kernuitstap is het net zo: de derde knalreden om alle kerncentrales te sluiten is alle andere nadelen van kernenergie. Nadelen die in 2003 al bekend waren, toen de wet op de kernuitstap werd geschreven, en die vandaag sterker dan ooit zijn. Kernenergie brengt grote risico’s met zich mee, er is geen oplossing voor het kernafval, en bij een ongeval zijn de gevolgen niet te overzien.

Een reeks zware ongevallen en kantje-boordjes hebben getoond dat de nucleaire industrie een stuk onveiliger is dan lang beweerd werd. Three Mile Island, Tsjernobyl en Fukushima zijn slechts de meest bekende voorbeelden. Maar ook in eigen land is nucleaire veiligheid een zorgenkindje, met verschillende incidenten, de scheurtjesreactoren en de onopgeloste sabotage van Doel 4. Bovendien leven we in een andere wereld dan de jaren 70-80 toen onze kerncentrales werden gebouwd: verschillende Greenpeace-rapporten hebben de kwetsbaarheid voor aanvallen aangetoond.

Wanneer het fout loopt, dan loopt het ook meteen goed fout. Tien jaar later zorgen de gevolgen van de evacuatie van tienduizenden omwonenden na de kernramp in Fukushima nog steeds voor onnoemelijk menselijk leed. Het opkuisen van de besmette gebieden laat te wensen over en de start van de ontmanteling van de vernielde reactoren wordt steeds opnieuw uitgesteld. Intussen worden de totale kosten voor de opruiming geschat op 300-600 miljard euro, het merendeel voor rekening van de Japanse belastingbetaler. Ter vergelijking, op alle Belgische spaarboekjes samen staat bijna 300 miljard euro. Door de hoge bevolkingsdichtheid en zware industrie zou de schade bij een gelijkaardig ongeval in België trouwens nog veel hoger kunnen oplopen.

Maar ook wanneer alles volgens plan loopt, produceren de kerncentrales nog altijd hoogradioactief kernafval waarvoor geen oplossing bestaat. De tijdelijke opslag barst stilaan uit zijn voegen en een plan voor definitieve berging, die het kernafval voor honderdduizenden jaren moet veiligstellen, is er nog altijd niet. Intussen wordt de kost voor afbraak en opslag geschat op 40 miljard euro, een kost die zelden wordt meegerekend in het kostenplaatje van kernenergie.

Laten we de bladzijde omdraaien!

Blokkerend, marginaal, duur, risicovol en met een onopgelost afvalprobleem. Een parlementair (laat staan een publiek) debat is er 60 jaar geleden nooit geweest om met deze problematische energiebron te beginnen. Dat debat is er wel geweest om ermee te stoppen, en sinds 2003 hebben we een wet die de kernuitstap vastlegt tegen 2025. Vandaag staan we op een zucht van de realisatie ervan. De tijd van telkens weer onzekerheid zaaien is nu echt voorbij. Het is nu tijd om door te zetten, alle kerncentrales te sluiten en de weg vrij te maken naar een flexibel, slim en hernieuwbaar energiesysteem.

Ik stap over op groene stroom Ik deel op Facebook Ik deel op Twitter Ik deel op Whatsapp
Facebook Facebook Instagram Instagram Twitter Twitter YouTube YouTube Greenwire Greenwire