Deze week onderhandelen de Europese leiders in Brussel over de EU-klimaatambitie voor 2030. Dat die hoger moet dan de huidige -40% staat vast. Voor kersvers premier Alexander De Croo is dit het uitgelezen moment om te tonen dat het zijn regering menens is om de Belgische uitstoot tegen 2030 met minstens 55% te verlagen.
We hebben immers veel te winnen bij snelle klimaatactie – en alles te verliezen bij nog meer uitstel. De afgelopen maanden hebben we de klimaatopwarming weer in actie gezien, ook in Europa en België: hittegolven, natuurbranden, extreme droogte en waterschaarste. Nieuwe, hogere klimaatdoelen alleen zullen ons niet beschermen tegen deze gevolgen, maar ze geven de richting en de snelheid aan waarmee we deze crisis willen aanpakken. Net daarom zijn ze zo belangrijk.
Eendracht maakt macht, ook op klimaat
Tot nu toe stond België steevast op de rem in de Europese discussies over meer ambitie. Zo weigerde ons land op de klimaattop eind 2018, amper enkele dagen nadat 100.000 mensen door Brussel trokken voor meer klimaatambitie, een oproep hiertoe te ondertekenen. En nog steeds ontbreekt ons land in de kopgroep van landen zoals Nederland, Frankrijk en de Scandinavische lidstaten die ijveren voor meer ambitie, in lijn met het klimaatakkoord van Parijs.
Betekent het aantreden van de nieuwe regering meteen ook een trendbreuk in de teleurstellende Belgische positie op klimaat? Het regeerakkoord doet dit vermoeden, maar daarvoor is ook overleg met de gewesten nodig. Als De Croo I haar claim van ‘groenste regering’ ooit wil waarmaken, zal ze dus van dit overleg moeten profiteren om de gewesten, met name Vlaanderen, mee te krijgen.
Klimaatactie betekent lokale jobs
Studie na studie bewijst dat we allemaal belang hebben bij een sterke ambitie en snelle actie. Doen we niets, dan stevenen we af op minstens 3 graden opwarming, een scenario waarin de economische schade voor de EU oploopt tot 175 miljard euro per jaar. Beperken we de opwarming tot 2°C dan halveert deze kost, halen we 1,5°C dan gaat er nog eens de helft af. Daarvoor moet de Europese uitstoot wel minstens 65% lager tegen 2030, wat nog steeds een haalbare kaart is.
We hebben namelijk een unieke kans om van klimaatactie de rode draad in de duurzame heropbouw van onze economie en samenleving te maken. Investeren in minder CO2-intensieve systemen kan een pak jobs opleveren, waarvan een groot deel bovendien hier verankerd is, denk maar aan installateurs van zonnepanelen, technici in de circulaire economie, of ecologische boeren die produceren voor de lokale markt.
Burgers en bedrijven vragen duidelijk signaal
Nog al te vaak wordt klimaatactie als een extra kost of een belemmering gezien. Dit leidt tot defensief beleid dat belangrijke kansen voor innovatie mist en onze concurrentiekracht aantast. Door actief bij te dragen aan de noodzakelijke verhoging van de ambitie zouden onze politici een duidelijk signaal geven, zodat bedrijven en burgers in vertrouwen – en waar nodig met aangepaste steun – de nodige investeringen kunnen doen om die ambitie ook te realiseren.
Die weg begint eind deze week (15-16 oktober) in Europa. Aan onze nieuwe eerste minister om te bewijzen dat het regeerakkoord meer is dan mooie woorden!
We volgen de EU-top alvast op de voet. Op de hoogte blijven? Volg onze sociale media.
Volg ons op Facebook
|
|
|
|
YouTube |
|