Deze zomer lanceerde Greenpeace een grote campagne om erachter te komen wat de olie-industrie uit de brand probeert te slepen tijdens de Covid-19-crisis. We vrezen dat de industrie een “schokstrategie” hanteert, om zoveel mogelijk financiële compensaties en garanties veilig te stellen van de overheid. We vermoeden ook dat ze van de situatie gebruik maakt om projecten door te drukken die onder normale omstandigheden geen kans maken.

Help mee om ons onderzoekswerk te laten slagen

Eerste resultaten

Investigatie: de eerste resultaten van onze enquête

Eind juli vroegen we 32 ministers en overheidsadministraties op Federaal, Vlaams, Waals en Brussels niveau om al hun contacten tijdens de Covid-19-crisis met de olie-industrie vrij te geven. Volgens de wet op openbaarheid van bestuur en milieu-informatie zijn ze daar immers toe verplicht. Vandaag is de wettelijke termijn waarbinnen ze moeten antwoorden, verstreken.

Resultaat:

·        De helft van de ministers en administraties namen niet de moeite om ons te antwoorden. We hebben daarom een beroepsprocedure ingesteld om hen aan te sporen alsnog te reageren.

·        Twee Waalse ministers, Alain Maron en Willy Borsu, hebben om extra tijd gevraagd om ons te antwoorden. Daar hebben we uiteraard mee ingestemd.

·        Vijf van de zes Vlaamse ministers en instanties hebben ons met hetzelfde standaardantwoord verzocht om onze vraag te specifiëren. Ook hier zijn we op ingegaan en is de termijn verlengd.

·        Van vier ministers en administraties hebben we documenten ontvangen. Minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem, de FOD Mobiliteit, de FOD Financiën en Waals minister van Leefmilieu Céline Tellier bezorgden ons een overzicht van hun contacten met de oliesector sinds het uitbreken van de Covid-19-crisis begin maart.

·        Van vijf kabinetten en administraties kregen we het antwoord dat er geen contacten zijn geweest.

Hier vind je een volledig overzicht van de lopende dossiers en kan je de ontvangen documenten bekijken.

‘Kennelijk onredelijk’

Investigatie: de eerste resultaten van onze enquête

Dat onze vraag voor informatie op weinig enthousiasme werd onthaald, is een understatement. Slechts negen van de tweeëndertig geadresseerden bezorgden ons een antwoord binnen de wettelijke termijn. Dat levert wel een eerste inzicht op: transparantie en openbaarheid van bestuur zijn duidelijk nog niet ingeburgerd op onze ministeries. Toch was er ook maar een resolute afwijzing (aanvankelijk althans).

Federaal minister van Werkgelegenheid, Economie en Consumentenzaken, Nathalie Muylle, noemt ons verzoek ‘kennelijk onredelijk’. Als argumenten draagt ze aan dat onze vraag te ruim is, dat het bij gebrek aan een centraal klasseersysteem te veel werk vraagt van haar personeel en dat het bovendien niet om milieu-informatie zou gaan. Vervolgens wijst Mevrouw Muylle ons de weg naar de beroepsprocedure.

Daar we steeds de weg van de verzoening en de samenwerking willen bewandelen, hadden we in onze initieel verzoek reeds aangeboden om onze vraag zo nodig te specifiëren. Na het antwoord van de minister hebben we die optie nogmaals voorgesteld, maar zonder resultaat.

Wij vrezen natuurlijk dat de contacten tussen het ministerie van Economische Zaken en een van de meest vervuilende industrieën wel degelijk gevolgen kan hebben op het milieu. Daarom zijn we vast beraden om de informatie over die contacten te achterhalen. In samenwerking als het kan, via procedures als het moet. De Federale beroepscommissie voor toegang tot milieu-informatie heeft intussen ons beroep ontvangen en heeft nu 30 dagen de tijd om een beslissing te nemen.

De Croos identiteitscrisis

Tot onze verbazing ontvangen we op 3 september het antwoord van minister Muylle een tweede maal. Ditmaal bij monde van minister De Croo, althans dat leiden we af uit de afzender van de email, want onderaan prijkt nog steeds de naam en de handtekening van Nathalie Muylle. Even maken we ons zorgen over de vice-minister van Open Vld. Maakt Alexander De Croo zelf een crisis door? Is het hem even te veel en moet zijn collega-minister voor hem inspringen?

Maar enkele dagen later krijgen we opnieuw een mailtje met als afzender De Croo. Daarin lezen we onderaan deze geruststellende boodschap van een medewerker: “Nele gaat een standaardcommunicatie bezorgen die de andere kabinetten ook gaan gebruiken (is bij verschillende ministers aangekomen)”. Minister De Croo verschaft ons zo een tweede inzicht, namelijk dat de samenwerking tussen de federale ministeries opperbest verloopt. En dat verheugt ons want o zo belangrijk in crisistijd.

We hopen alleen dat ze elkaar niet alleen vinden voor het afblokken van onze verzoeken maar dat ze elkaar ook een handje toesteken als hen straks alsnog opgedragen wordt om openheid te verschaffen en ons de documenten in kwestie te bezorgen.

Help mee om ons onderzoekswerk te laten slagen Ik deel op Facebook Ik deel op Twitter Ik deel op Whatsapp
Facebook Facebook Instagram Instagram Twitter Twitter YouTube YouTube Pinterest Pinterest