Tot voor kort kon Zuid-Korea door de nucleaire lobbygroepen aangehaald worden als het voorbeeld bij uitstek dat nog volop voor kernenergie kiest. De nucleaire lobby is alweer een argument armer. Op 19 juni 2017 werd de Kori 1 kernreactor definitief gesloten, nadat de Koreaanse regering had beslist om de levensduur niet te verlengen. Zuid-Korea kiest voor een groene toekomst, iets waar wij in België beter een voorbeeld aan nemen.

Eentje is geentje

De sluitingsceremonie van Kori 1 was geen alleenstaand geval, maar een duidelijk teken van de Zuid-Koreaanse president Jae-In Moon dat Zuid-Korea voluit kiest voor een gezonde energietransitie. Hij kondigde dan ook aan dat het land alle kern- en steenkoolcentrales sluit.

Radicale koerswijziging: het kán

Voor een dichtbevolkt land als Zuid-Korea dat veel energie verbruikt, betekent dit een radicale koerswijziging. Het land telt vandaag niet minder dan 25 commerciële kernreactoren, die samen zo’n 30% van de stroom opwekken.

In 2011 verkondigde KEPCO, die de kerncentrales uitbaat, nog aan dat het massaal in nieuwe nucleaire capaciteit zou investeren en het aandeel kernenergie in de nationale stroombevoorrading zou verdubbelen. Fans van kernenergie bij ons zagen hierin een bewijs van een nucleaire wederopstanding. Maar het tij begon te keren. De publieke opinie en ook de politieke leiders zagen de risico’s van een kernramp zoals die zich afspeelde in het niet zo ver afgelegen Fukushima. Op de koop toe kwam aan het licht dat gedurende vele jaren de certificaten van de veiligheidscontroles van de kerncentrales vervalst werden.

Campagne voeren maakt het verschil

Onze collega’s van Greenpeace South-East Asia in Seoul voerden intensief campagne om de beleidsmakers ervan te overtuigen dat kernenergie en steenkool geen keuze voor de toekomst zijn. De president nam onze boodschap ter harte en kondigde aan dat het land kernenergie en steenkool naar de geschiedenisboeken verbant.