Brussel, 30 september 2022 – Het ziet ernaar uit dat de EU-ministers van Energie, die vandaag in Brussel bijeenkomen, de invoering van belastingen op overtollige winsten van energiebedrijven zullen vertragen, ondanks het feit dat er dringend meer maatregelen moeten worden genomen voordat de winter begint. Greenpeace roept op tot een 100% overwinstbelasting voor energiebedrijven vanaf 2022 om dringend steun voor kwetsbare huishoudens en investeringen in duurzame energie en energiebesparende maatregelen te financieren.
In een door nieuwsmedium Contexte verkregen ontwerpplan van 29 september wordt gesuggereerd dat regeringen overwinstbelastingen zullen innen op winsten uit 2022 “en/of” op winsten uit 2023. Hierdoor wordt een gat in de wet gecreëerd dat huishoudens met een laag inkomen in de kou laat staan.
“Energiebedrijven die de planeet vernietigen hebben sinds het begin van de oorlog waanzinnige bedragen verdiend, ten koste van gewone mensen in heel Europa. De EU en de nationale regeringen moeten al deze overwinsten nú belasten, niet volgend jaar”, zegt Joeri Thijs van Greenpeace België. “Dit geld is dringend nodig om de meest kwetsbare mensen deze winter te beschermen en ons af te helpen van onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen, door te investeren in energiebesparing en hernieuwbare energiebronnen.”
De ministers zijn ook van plan de totale belastingaanslag voor energiebedrijven aanzienlijk te verlagen door het jaar 2018 toe te voegen aan de referentieperiode die wordt gebruikt om de overwinsten van bedrijven te berekenen. De EU Commissie stelde een driejarige referentieperiode van 2019-2021 voor, maar de regeringen willen dit uitbreiden zodat het ook 2018 omvat. Aangezien de inkomsten van fossiele brandstofbedrijven in 2020 lager waren als gevolg van lockdowns, zou het toevoegen van 2018 aan de referentieperiode tot gevolg hebben dat de winsten van olie, kolen en fossiel gas in 2022 in vergelijking minder buitensporig lijken. Dat zou uiteindelijk betekenen dat er minder geld beschikbaar is voor mensen die steun nodig hebben.
Het ziet er ook naar uit dat de plannen mogelijke achterpoortjes zullen creëren waardoor regeringen hun nationale industrieën kunnen bevoordelen. De EU-Commissie had aanvankelijk één “inframarginaal prijsplafond” van 180 euro per megawattuur elektriciteit voorgesteld, maar regeringen willen verschillende plafonds kunnen vaststellen voor verschillende soorten elektriciteitsproducenten, waardoor het risico van discriminatie ontstaat.