Vandaag kondigde federaal minister van Energie Tinne Van der Straeten aan dat er plannen zijn om een zeekabel aan te leggen tussen België en Denemarken om de offshore windparken van beide landen aan elkaar te koppelen. Greenpeace België juicht deze beslissing toe:

Zowel België als Denemarken zijn wereldleiders in offshore wind technologie en elektriciteitsnetwerken. De handen in elkaar slaan is een schitterend idee. Het toont hoe kleine landen groot kunnen zijn”, zegt Jan Vande Putte expert Energie bij Greenpeace. “Het is belangrijk dat dit project zich snel realiseert tussen 2025 en 2030, om zo snel mogelijk onze afhankelijkheid van fossiel gas te reduceren. En ook de huidige import van vuile stroom uit steenkool- en bruinkoolcentrales of kerncentrales te stoppen.

De ervaring met vorige zeekabels, zoals tussen België en het Verenigd Koninkrijk of tussen Nederland en Noorwegen is dat die rendabel zijn. Door elektriciteit te verhandelen kan de gemiddelde elektriciteitsprijs voor de consument dalen. We kunnen elektriciteit exporteren als er veel wind is in België en minder in Denemarken, en omgekeerd. Verder is Denemarken verbonden met Noorwegen dat veel waterkracht heeft dat als back-up kan dienen. Op die manier is deze kabel een schakel in een 100% hernieuwbaar energiesysteem.

België is dit jaar de voorzitter van de North Seas Energy Cooperation. Daardoor heeft minister Van der Straeten een sleutelpositie in handen om die langetermijnvisie uit te werken, een grote verantwoordelijkheid die cruciaal is voor de energiebevoorrading van ons land. Met de Deense kabel begint het jaar alvast goed, maar het werk is verre van af”, besluit Jan Vande Putte.